1449 DOZA 3627

1449 DOZA oorkonde nr 3627, dd 2-5-1449
Transcriptie en vertaling Jan Timmers

Henric van Heyst, zoon van Jan van Heyst belooft aan Henric Poytfijns, zoon van Lambert Poytfijns, te betalen een jaarlijkse erfpacht van 5 lopense rogge, maat van Gemert op het feest van Maria Lichtmis uit nader omschreven stukken land in het Molenbroek, in de Strepen, land genaamd de Hofstad, en een tweede stuk land in het Molenbroek bij de Voort.

De oorkonde is beschadigd, zodat de tekst niet overal leesbaar is. Dat wordt aangegeven door puntjes tussen haakjes. De tekst die te reconstrueren is staat ook tussen haakjes.

Henricus dictus de Heyst filius quondam Johannis dicti de Heyst promisit ut debitor principalis se daturum et soliturum Henri(co) dicto Poytfijns filio (quo)ndam Lamberti dicti Poytfijns annuam et heriditariam pactionem quinque lopinorum siliginis mensure de Gemert anno quolibet here(ditarie) in festo purificationis Beate Mariae Virginis et in Gemert traditurum et delibrantum de et ex petia terre sita in prochia de Ge(m)er(t in lo)co dicto int Molenbroeck inter hereditatem Godefridi filii quondam Aelberti dicti Tymmermans ex uno latere et inter here(ditatem He)nrici dicti de Heyst ex alio latere. Item ex petia terre sita (…)dicta prochia in loco dicto in die Strepen inter hereditatem Ade dicta va(….)en ex uno latere et inter hereditatem Godefridi filii q(uondam A)elberti dicti Tymmermans ex alio latere. Insuper ex petia terre (…) dicta prochia in loco dicto Die Hostat inter hereditatem Ade (…)ander Weyden ex uno latere et inter hereditatem dicti Godefri(di) fi(lii quo)ndam Aelberti predicti ex alio latere quas petias terre primodictus Henricus erga dictus Henricus Poytfijns hodierna die(….)en acquiserat. Atque ex petia terre ……. Henrici de Heyst duas et dimidias lopinatas terre vel circiter quoque sita in dicta (proc)hia de Gemert in loco int Molenbroeck inter primodictam petia terre ex uno latere et inter herediatem Ade vander Weyden ex alio latere tendentem ab hereditate dicta die Voert ad hereditatem Theoderici dicti van Loeken ut dicebat. Test(es) interfuerunt scabini in Buscoducis Rodolphus Scilder et Wouterus de Vucht datum secunda die monsis may se..septa post d… qua canta(…..mille)simo iiii cento quadragesimo nono

Vertaalde tekst:
Henricus genaamd van Heyst, zoon van wijlen Johannes van Heyst heeft beloofd als hoofdelijk schuldenaar te zullen geven en betalen aan Henricus genaamd Poytfijns, zoon van wijlen Lambertus Poytfijns een erfelijke pacht van 5 lopen rogge, maat van Gemert, jaarlijks en erfelijk over te zullen dragen en te geven op het feest van de heilige maagd Maria Lichtmis te Gemert uit en van een stuk land gelegen in de parochie Gemert ter plaatse genaamd in het Molenbroeck tussen het erf van Godefridus, zoon van wijlen Aelbert Tymmermans aan een zijde en het erf van (Henricus) van Heyst aan de andere zijde. Verder uit een stuk land in Gemert ter plaatse de Strepen tussen het erf van (….) aan de ene zijde en het erf van Godefridus zoon van wijlen Aelbert Tymmermans aan de andere kant. Verder uit een stuk land in Gemert geheten de Hofstad tussen het erf van Ada (…) van der Weyden aan de ene kant en het erf van Godefridus zoon van Aelbertus voorszegd aan de andere kant. Welke stukken land de eerstgenoemde Henricus, dus Henricus Poytfijns heden heeft verworven.
Verder uit een stuk land van Henricus van Heyst twee en een halve lopense of daaromtrent, ook gelegen in de parochie Gemert in het Molenbroek tussen het eerstgenoemde stuk land aan de ene zijde en het erf van Ada van der Weyden aan de andere kant, uitstrekkend van het erf genaamd De Voort tot aan het erf van Theodericus van Loeken, zoals ze zeiden.
Getuigen hierbij waren schepenen van Den Bosch Rodolphus Scilder en Wouter van Vucht, gegeven op de tweede dag van mei ……….. duizend vierhonderd vier en veertig.

Download