GH-2001-03 Belderbusch weer in kleur
Peter Lathouwers
De Handelse kerk heeft in haar kleurrijke verleden nogal wat weldoeners gekend. Vooral van Duitse Orde-zijde, getuige de wapenstenen en –borden, die links en rechts in de kerk te vinden zijn. Het waren ook niet de minsten onder deze Ordelingen die zo’n visitekaartje in steen, hout of edelmetaal achterlieten. Zo treffen we aan Clemens August van Beieren, grootmeester van de Duitse Orde; Hendrik van Wassenaar tot Warmont, commandeur van Gemert (1684-1690) en landcommandeur van Alden Biesen (1690-1709); Ferdinand Damiaan von Sickingen, landcommandeur van Alden Biesen (1743-1749); Leopold von Steinen, landcommandeur van Alden Biesen (1749-1766); Caspar Anton van der Heijden genaamd Belderbusch, landcommandeur van Alden Biesen (1766-1784).
Van de laatste persoon, Caspar van der Heijden, treffen we het wapen op diverse plaatsen aan.
In 1766 schonk hij de kapel van Handel een Plantijnmissaal. Op het missaal werd fraai zilverbeslag aangebracht door de zilversmid Rabanus Raab uit Boxmeer, de voorzijde met het kruis van de Duitse Orde, de achterzijde met het wapen van de schenker.
Ook een biechtstoel uit ca. 1770 draagt zijn wapen. Tijdens zijn periode als landcommandeur werd in de kapel van Handel het oksaal, de koorzolder, aangebracht. Aan de balustrade van dit oksaal hing lange tijd een groot houten paneel met zijn landcommandeurswapen.
Caspar van der Heijden had als Duitse Ordeling en ook daarbuiten een flinke politieke carrière opgebouwd. Op 27 jarige leeftijd werd hij in 1749 in de Duitse Orde opgenomen. Hij was van 1749 tot 1762 achtereenvolgens commandeur van Ramersdorf, Ordingen, Sint Gilles in Aken en Gruitrode. In 1762 werd hij coadjutor van de Balije Biesen en in 1766 stadhouder. In dat zelfde jaar werd hij landcommandeur van Alden Biesen wat hij bleef tot zijn dood in in 1784. In 1782 werd hij tot de rijksgravenstand verheven.
De nadrukkelijke aanwezigheid van landcommandeur Van der Heijden’s ‘heraldische visitekaartjes’ is echter niet ingegeven door ’s mans voorliefde voor het Handels Maria-oord. In de periode 1763 – 1770 is de Gemertse commandeurszetel vacant gelaten om – zoals het gebruik binnen de Orde dat wilde – met de inkomsten de noodzakelijke herstellings- en verbeteringswerken uit te voeren. Met het vrijgekomen geld heeft Van der Heijden ook het kerkinterieur van Handel laten vernieuwen.
Hoewel het grote houten wapenbord van het oksaal niet bij het monumentale Van Dijck-orgel hoort, werd van meet af aan dit object toch bij de aanstaande restauratie van het orgel betrokken. Om het in zijn oude luister te herstellen moest het dus weer voorzien worden van de heraldische kleuren die bij dit wapen horen.
Kenner van heraldische wapens, Jan Melssen, leverde hiervoor de volgende beschrijving:
Het wapen kan worden omschreven als: gevierendeeld; I en IV in zilver een zwart breedarmig kruis met zilveren zoom; II gedwarsbalkt van tien stukken van zilver en groen, waar overheen een rode leeuw met gouden kroon; III gedwarsbalkt van tien stukken van zilver en groen waaroverheen een rode omgewende leeuw met gouden kroon. Het schild geplaatst op een groter zilveren schild met een zwart, de randen van het schild rakend breedarmig kruis met zilveren zoom. Het schild is gedekt met een zilveren aanziende traliehelm, goud beslagen en van rood geopend. De helm wordt gedekt met een gouden kroon van drie bladeren en tweemaal drie parels, waaruit een uitkomende leeuw met gouden kroon. Dekkleden (heraldisch) rechts zwart en zilver en (heraldisch) links rood en zilver.
Restauratieschilder Hein van Gemert uit Gemert bracht uiteindelijk de kleur op het wapenbord. Alvorens aan het werk te gaan onderzocht hij het wapenbord om nog mogelijke resten van de oorspronkelijke kleuren te achterhalen. Die waren inderdaad nog aanwezig zoals het venetiaans rood en zinkgroen. Deze kleuren zijn weer teruggebracht in het wapenbord en behalve deze kleuren is er veel bladgoud en –zilver verwerkt.
Bronnen:
– Eycken, Michel van der; Leden van de Duitse Orde in de Balije Biesen, Bijdragen tot de Geschiedenis van de Duitse Orde in de Balije Biesen 1; Bilzen 1994.
– Mertens, J.: Miscellenea Baliviae de Juncis II., Bijdragen tot de Geschiedenis van de Duitse Orde in de Balije Biesen 6; Bilzen 2000.
– Met dank aan Jan Melssen (Eindhoven) voor zijn uitvoerige beschrijving van het wapenbord.