GH-2003-02 Wirwar familienamen rond Korstiaan van de Mortel
WIRWAR FAMILIENAMEN ROND KORSTIAAN VAN DE MORTEL
SCHEPEN VAN GEMERT 1389 – 1426
Jan Timmers
Over Gemert in de middeleeuwen is in Gemerts Heem al het nodige geschreven. Zo langzaamaan ontstaat er een beeld van de manier waarop Gemert zich in de loop van de middeleeuwen heeft ontwikkeld. Maar over de mensen die in die periode in Gemert hebben gewoond en het dorp mede hebben vormgegeven, daarover is niet zoveel bekend. Een uitzondering daarop vormen de leden van de adellijke familie Van Gemert, hoewel daarover nog zeker niet het laatste woord is gezegd. We gaan nu op zoek naar andere Gemertse middeleeuwers. Eén van die middeleeuwse bewoners van Gemert staat hierbij centraal en wel Korstiaan van de Mortel. Alleen zijn naam al is opvallend: Van de Mortel. Hij was geen ‘Heer’ van De Mortel, immers De Mortel was een onderdeel van de heerlijkheid Gemert. Wat we wel mogen aannemen is dat Korstiaan belangrijke goederen in De Mortel tot zijn bezit kon rekenen. Zoals heel vaak voorkomt in de middeleeuwen werden mensen genoemd naar hun belangrijkste eigendom en dat zal bij Korstiaan van de Mortel niet anders geweest zijn. Zijn achternaam blijkt namelijk nog niet echt een familienaam te zijn. In de schepenprotocollen van Den Bosch, de zogenaamde Bosche Protocollen, treffen we in 1429 aan: Lambert van Doernen, zoon van Corstiaen van den Mortel 1. De zoon van Korstiaen heeft kennelijk dus een andere achternaam. Gaan we vervolgens op zoek naar de vader van Korstiaen, dan komen we in het archief van de Kommanderij Gemert in 1410 tegen: Korstiaen van de Mortel, zoon van wijlen Arnt Ghibenzoon 2. In 1413 heet diezelfde persoon Aert Ghiebenzoon van Bakel en behalve Korstiaan van de Mortel blijkt hij nog een tweede zoon te hebben met als naam Aert van Medelscoet 3. In drie opeenvolgende generaties komen we maar liefst vier verschillende achternamen tegen: Art Ghiben van Bakel, Korstiaan van de Mortel, Aert van Medelscoet en Lambert van Doerne. Het lijkt de moeite waard om over deze familie wat meer zaken uit te zoeken en op een rijtje te zetten.
Korstiaan van de Mortel
In het kommanderij archief komen we Korstiaan van de Mortel tamelijk veel tegen. Hij is schepen van Gemert vanaf 1389. Van 1401 tot 1416 en van 1423 tot 1426 wordt Korstiaan steeds als eerste genoemd in de lijst van schepenen. Dat betekent dat hij dan voorzitter van de schepenbank is of, zoals dat destijds genoemd werd, president- of voorschepen. Daarmee is hij één van de meest vooraanstaande inwoners van Gemert. In 1410 krijgt Korstiaan van de Mortel het goed Looheide van de Duitse Orde in erfpacht.4 Het goed Looheide behoorde oorspronkelijk tot de hoeve Scherpenberg en lag in De Mortel aan de oostkant van de Renseweg, globaal tussen de Koolhof en de Kranebrakenseweg. Het goed komt later onder de naam Looheide niet meer voor, maar wordt dan De Vossenberg genoemd. Een broer van Korstiaan, de al genoemde Art van Medelscoet (we zouden hem nu noemen Arnold van Milschot) krijgt in 1413 van de Duitse Orde de Leeuwakker (gelegen in Gemert) in erfpacht. Art van Milschot zet hierbij als onderpand in de helft van De Vossenberg in De Mortel gelegen naast “Korstiaens erve van de Mortel ende Maes sijns swaegers” 5. Maes, de zwager van Art en/of Korstiaan is verder (nog) niet bekend. Uit de oorkonde blijkt dat de twee broers (en misschien ook hun zuster?) tesamen een behoorlijk groot grondbezit hadden in De Mortel. Dat is ongetwijfeld ook de reden van hun nieuwe achternamen. Korstiaan had blijkbaar zijn belangrijkste bezit in De Mortel en zijn broer Art werd genoemd naar zijn bezit op Milschot.
Hun vader Art Ghiben wordt Van Bakel genoemd. In de cijnsregisters van Bakel blijkt hij inderdaad als grondeigenaar voor te komen, evenals zijn vader en sommige van zijn kinderen. Het is goed denkbaar dat Art Ghiben van Bakel gehuwd was met een dochter van een Mortelse grondeigenaar en op die manier aan een aantal kinderen die goederen kon nalaten. De beste kandidaat voor deze Mortelse familie is de familie Van Milschot. In 1379 komen we als schepen van Gemert tegen Jan Ansem van Milschot en iets later (1385 – 1389) is Willem van Milschot schepen van Gemert. Dezelfde Willem van Milschot is tevens leenman van de Duitse Orde. Het blijken leden te zijn van een vooraanstaande familie, die gezien de achternaam hun belangrijkste bezit in het zuidoosten van De Mortel, op Milschot, had.
Art Ghiben van Bakel en Giselbert van Bruheze
Voor gegevens van Art Ghiben zullen we in Bakel moeten zoeken. Veel gegevens van hem zijn er niet. Hij was in 1410 al overleden. In de Bossche Protocollen komen we naast Korstiaan van de Mortel nog als kinderen van hem tegen: Gijb, zoon van wijlen Art Gijbensoen van Bakel, Andries en Willem zoons van wijlen Aart Ghijben en Lijsken (Elisabeth) Bentheims van Bakel natuurlijke dochter van Aart Ghijben bij Lijsbeth Mickarts.6
In de Helmondse cijnsregisters en het Hertogelijk cijnsregister betreffende Bakel7 komen we Art Ghiben en zijn familie meerdere malen tegen: Ghibo en Arnoldus, kinderen van Arnoldus Ghibonis. Juist zoals Aart of Arnt een roepnaam is voor Arnoldus, zo is Ghibo of Ghijb een roepnaam voor Gijsbertus of Giselbertus. De “achternaam” Ghiben komen we tegen als Ghibonis, Ghiben, Ghijben, Giselberts en Gijsberts. Art Ghiben blijkt als Bakelse erfgenaam te hebben zijn zoon Ghijb Art Ghiben, soms samen met zijn andere zoon Arnoldus, die we in Gemert leerden kennen als Art van Milschot. Opvallend is dat Korstiaan van de Mortel geen Bakelse erfenis heeft. De aanvankelijk gezamenlijke Bakelse bezittingen van Ghijb en Art blijken in de meeste gevallen ook terecht te komen bij Ghijb, die daarmee de belangrijkste Bakelse erfgenaam is. Korstiaan en Art zullen zich tevreden hebben gesteld met de Gemertse (Mortelse) erfenis.
In de oudste cijnsregisters betreffende Bakel leren we bovendien de vader van Art Ghiben kennen. Een aantal bezittingen van Art Ghiben bleken voorheen eigendom geweest te zijn van Ghibo van Bruheze. Tweemaal komen we in de registers tegen: de kinderen van Arnoldus, zoon van Ghibo van Bruheze. Het leidt geen twijfel of Art Ghiben is de zoon van Ghibo van Bruheze. In het Hertogelijk cijnsregister komen we hem tegen als Giselbert van Bruheze. Weer een generatie verder terug en weer een nieuwe achternaam.
Ghibo van Bruheze blijkt in Bakel te beschikken over veel bezittingen, waarvan het belangrijkste lijkt te zijn het goed Vlinkenvloge. Dit goed omvatte de oostkant van de dorpskom en strekte zich uit vanaf de Bakelse kerk tot aan de Vlinkert, voorbij het terrein van de Zorgboog (St Jozefheil en Jan de Wit kliniek). Dat gebied had kennelijk ook de naam Zoersel, want er is meerdere malen sprake van Vlinkenvloge in Zoersel. Het goed Vlinkenvloge wordt aanvankelijk verdeeld onder twee kinderen van Ghibo van Bruheze: Art Ghiben en Jan Ghiben genaamd van Zoersel. In het hertogelijk cijnsboek komen we ook nog tegen Gertrudis, dochter van Gisbertus van Bruheze.
Al met al kunnen we nu de volgende “stamboom” opzetten.
Generatie 1
Giselbert (Ghibo) van Bruheze, gehuwd circa 1335, overleden vóór 26-2-1345 8, waarschijnlijk heette zijn vrouw Elisabeth, immers zijn beide zonen hebben een dochter Elisabeth, die vernoemd zal zijn naar hun grootmoeder. Ghibo had uitgebreid bezit in Bakel.
Generatie 2
De kinderen van Ghibo van Bruheze.
1. Jan Ghiben genaamd van Zoersel.
We komen van hem drie kinderen tegen in de bronnen: Heer Gijsbert van Bakel, zoon van Jan Ghiben, priester in de Sint Janskerk van Den Bosch van 1384 tot 1418.9 Willem, zoon van Jan Ghiben van Zoersel, en Elisabeth, dochter van Johannes Ghibensoen genaamd van Zoersel.
2. Art Ghiben van Bakel
Overleden vóór 1410; vermeld vanaf 1381 tot 1387. Vermoedelijk gehuwd ca 1360 met een vrouw uit de Gemertse familie Van Milschot.
3. Gertrudis, dochter van Gisbertus van Bruheze. Verder geen gegevens.
Generatie 3
De kinderen van Art Ghiben van Bakel
1. Ghijb Art Ghiben
Gegoed in Bakel. Volgens het Helmonds cijnsregister heeft hij drie kinderen, waarvan één met naam bekend: Aart Ghijben, overleden vóór 1444.
2. Korstiaan van de Mortel, vermoedelijk geboren omstreeks 1365 en gehuwd circa 1390
3. Art van Milschot
4. Andries Art Ghiben
5. Willem Art Ghiben
6. Elisabeth Art Ghiben alias van Benthem, natuurlijke dochter bij Elisabeth Mickarts (die men heit Van Benthem).10
Magister Lambert van Doerne, zoon van Korstiaan van de Mortel
Naar de kinderen van Korstiaan van de Mortel is nog geen uitgebreid onderzoek gedaan. In 1434 wordt melding gemaakt van Lambert van Doerne en Dirk en Corstiaen, zoons van wijlen Corstiaen van den Mortel. In 1436 komen we tegen Aert Corstiaens gehuwd met Yda en kinderen: Corstiaen, Jan en Aert.11 Hans Vogels trof in de bronnen verder nog aan: Lijsbet Corstiaens van de Mortel, gehuwd met Jan die Sluyter; Gevart Corstiaens van de Mortel; Everart van Doerne en Geertruijt van Doerne. We beperken ons verder tot de meest opvallende: Lambert van Doerne, die geboren zal zijn in de periode 1395-1400.
Aanvankelijk wordt hij nog vermeld als Lambert van de Mortel van Gemert, zoon van Corstiaen, of als Lambert Corstiaens van de Mortel.12 Vanaf 1429 wordt steevast de achternaam Van Doerne gebruikt. Hij was gehuwd met een Lijsbeth, die in 1469 zijn weduwe wordt genoemd.13 Lambert woonde en werkte in Den Bosch als schrijver. Geen schrijver van verhalen of romans, maar ambachtelijk schrijver. Hij was in dienst van de stad Den Bosch, samen met andere klerken, voor het schrijfwerk van de protocollen, het uitwerken van de schepenakten “in het net” en ander schrijfwerk. Vanwege zijn directe betrokkenheid bij het opmaken van schepenakten komt hij ook vaak als getuige voor in de Bosche schepenprotocollen. Dat is het geval vanaf 1422. In 1449 wordt hij genoemd magister Lambert van Doerne, secretaris van Den Bosch. In 1450 zijn er vier secretarissen: meester Lambrecht van Doerne, meester Gerit Boest, Rutger van Arkel en meester Arnt van Weilhuizen senior14. Voor het laatst komt Lambert als secretaris voor in 1463. In dat jaar is er een grote stadsbrand in Den Bosch. In een aantekening in het schepenprotocol staat vermeld dat bij gelegenheid van die brand het eerste blad van de “codex” van de secretaris Lambert van Doerne verbrand was. Met “blad” wordt dan waarschijnlijk het eerste katern van het register bedoeld. Hij schreef in dit register destijds de minuten van de akten op. Op dat eerste blad (katern) hadden toen nog verschillende contracten gestaan die nog niet “in het net” waren uitgewerkt15.
Hoe Lambert tot het beroep van schrijver is gekomen is moeilijk te achterhalen. Opvallend is wel dat in de periode van 1390 tot 1420 in diverse archiefstukken voorkomt Thomas die Scriver, zoon van Maes van Haselbosch en ook deze schrijver is afkomstig uit De Mortel. Hij was net als zijn vader eigenaar van de helft van de hoeve Haselbosch, gelegen aan de noordkant van De Mortel. Bovendien was hij schepen in Gemert van 1421 tot 1426. Thomas de Schrijver was een leeftijdsgenoot van Korstiaan van de Mortel, de vader van Lambert van Doerne. Of zij (aangetrouwde) familie waren is onbekend, maar niet onmogelijk. De moeder van Lambert van Doerne is tot nu toe in de archieven niet gevonden. Dat zij een lid was van de familie Van Haselbosch is overigens niet erg waarschijnlijk. De reden daarvoor heeft te maken met de naam die Lambert zichzelf heeft aangemeten. Lambert van Doerne woonde in Den Bosch en er zijn geen aanwijzingen dat hij veel bezittingen had in Deurne (wat destijds Doerne genoemd werd). De vraag is dan hoe hij eigenlijk aan zijn achternaam kwam. De meest waarschijnlijke verklaring daarvoor is dat de naam Van de Mortel in de stad Den Bosch het niet zo goed deed. Zonder meer een andere naam kiezen kon ook toen al niet en naar alle waarschijnlijkheid kon Lambert de naam Van Doerne aangemeten krijgen omdat zijn moeder lid was van de familie Van Doerne. Ook de namen van zijn broers Gevart en Everart pleiten voor een moeder Van Doerne, omdat die namen veelvuldig in die familie voorkomen en tamelijk typerend zijn. In de tot nu toe bekende gegevens van de familie Van Doerne kunnen we overigens niet direct een “passende” vrouw vinden. Hans Vogels uit het vermoeden dat Korstiaan van de Mortel gehuwd was met een dochter van Art Lamberts van der Haghe en diens vrouw Katelijn, dochter van Everart van Doerne en Lijsbeth Claes Scilder16.
Een tweede Arnt Ghiben ?
In het voorgaande zijn we Art Ghiben van Bakel tegengekomen als vader van Korstiaan van de Mortel. In het Kommanderij Archief komen we een paar vermeldingen tegen van een Art Ghiben die we tot op dit moment niet hebben genoemd. Het gaat om Arnd Ghibensoen, die schepen genoemd wordt in het gericht van Diederik van Gemert in het jaar 1364. Deze Arnd Ghiben speelde in middeleeuws Gemert ook een rol. Hij was betrokken bij de onenigheden tussen de kommandeur van Gemert en de familie Van Gemert over het bezit van de heerlijkheid. De Duitse Orde trok daarbij aan het langste eind en de medestanders van Diederik van Gemert moesten boeten voor hun bijdragen. Zo ook Arnd Ghiben. Op 15 maart 1383 wordt er een akte opgemaakt door de Duitse Orde waarin gemeld wordt dat een aantal medestanders van Diederik van Gemert trouw zweren aan de kommandeur van Gemert door ledig leenman te worden van de Duitse Orde. Eén van die mensen is Arnt, zoon van Ghijbe, zoon van Roef van Broghel. Als in 1387 een register van leenmannen van de Duitse Orde wordt opgemaakt komt daar eveneens in voor de ledige leenman Arnolt Giben soen Roefs soen van Broghel 17. Dat deze drie vermeldingen betrekking hebben op één en dezelfde persoon lijkt duidelijk. Het gaat dan om een Arnoldus zoon van Gijsbertus, die op zijn beurt een zoon is van Roelof (Roef) van Breugel. We moeten ons nu de vraag stellen of deze Arnt Ghijben en de Art Ghiben uit het voorgaande dezelfde zijn of juist twee verschillende personen. Het zijn in ieder geval tijdgenoten van elkaar. Omdat er geen aanwijzingen zijn waaruit blijkt dat het verschillende mensen zijn, gaan we er vooralsnog van uit dat het dezelfde personen zijn. Dat betekent dat Giselbert (Ghibo) van Bruheze, de vader van Art Ghiben, een zoon is van Roelof van Breugel18. Aan het gewirwar met achternamen zijn we intussen wel gewend, maar de opeenvolgende vaders en zonen blijken toch een opvallende reeks van zowel voornamen (allemaal verschillend) als achternamen (allen genoemd naar verschillende dorpen in de rego) op te leveren. We zetten de vijf generaties nog eens op een rij:
Roelof van Breugel, Gijsbertus van Bruheze, Art Ghiben van Bakel, Korstiaen van de Mortel, Lambert van Doerne.
NOTEN:
1. Bossche Protocollen (BP) 1429-1430 f9v
2. Archief Kommanderij van de Duitse Orde Gemert (AKDOG) inv nr 683. In het regest (nr 161) staat Arnt Ghielensn, maar in het origineel staat Arnt Ghibensn.
3. AKDOG 125, regest 169
4. zie noot 2
5. AKDOG 125, dd 25-7-1413
6. BP (1414-1415) f450; (1406-1407) f260v; R220 f90v;
7. Met de Helmondse cijnsregisters worden bedoeld de cijnsregisters van de Heer en het Huis van Helmond, zoals die zich bevinden in het Huisarchief Helmond. De Hertogelijke cijnsregisters zijn de cijnsregisters van de Hertog van Brabant. Er is gebruik gemaakt van de transscripties van de cijnsregisters, zoals ze zijn opgenomen op de CDROM “Bakelse Geschiedenis” van Pierre van de Meulenhof.
8. AKDOG regest 29 dd 26-2-1345: wijlen Gijsbertus van Bruheze
9. Dat hij priester was in de Sint Janskerk van Den Bosch staat opgenomen in de bijlagen bij A. van den Bichelaer, Het notariaat in stad en meierij van ‘s-Hertogenbosch tijdens de late middeleeuwen (1306-1531)
10. Natuurlijke dochter Elisabeth had bij Jan van Amstel een natuurlijke zoon Jan volgens BP 1433-1434. Zie ook A. van Asten, Voorzaten van Jan van Amstel, scheepskapitein. Brabantse Leeuw 23 (1974) pag 13. Volgens Mr Dr L. de Gou, Het geslacht van Eyndhouts in Jaarboek CBG 1974 pag 70 heeft dezelfde Elisabeth ook een natuurlijke dochter bij de priester Roelof genaamd Rover van Eyndhouts, zoon van de Helmondse schout Herman van Eyndhouts. Deze natuurlijke dochter heette ook Elisabeth en huwde later met de Helmondse schepen Aart Jans van Papendonk.
11. BP (1431-1435) f 9v en BP dd 19-5-1436.
12. BP (1425-1428) f130v en (1427-1428) f222v.
13. BP (1469-1470) f183v
14. Volgens gegevens in de bijlagen bij A. van den Bichelaer, Het notariaat in stad en meierij van ‘s-Hertogenbosch tijdens de late middeleeuwen (1306-1531)
15. M.H.M. Spierings, Het schepenprotocol van ‘s-Hertogenbosch 1367-1400, Bijdr. tot de geschiedenis van het zuiden van Nederland deel LIX, blz 71
16. Gegevens (met dank aan Hans Vogels) over de familie Van der Haghe: Art Lamberts van der Haghe, zoon van Lambert Arts van der Haghe, huwt tussen 1360-1365 met Kathelijn van Doerne, dochter van Everart van Doerne uit diens tweede huwelijk (ca 1340) met de Bossche Lijsbeth Claes Scilder. Uit dit huwelijk zijn 4 zonen bekend: Lambert, Everart, Art en Andries. Zoon Lambert huwde Margriet Wouter Goyarts van Dommelen en had bij haar vier zonen: Jan, Art, Lambert de oude en Lambert de jonge. Het is goed mogelijk dat er in het huwelijk van Art Lamberts van der Haghe en Katelijn van Doerne, naast de zonen, ook minstens één dochter was, die met Korstiaan van de Mortel huwde. Qua leeftijd zouden ze in elk geval passen.
17. AKDOG regest 37, regest 69 en inv nr 43
18. De naam Van Bruheze komt in onze regio veelvuldig voor. Het gaat om een omvangrijke familie. Het lijkt er op dat Gijsbertus van Bruheze, als zoon van Roelof van Breugel, niet direct uit deze familie stamt. Het is goed mogelijk dat hij huwde met een vrouw uit de familie Van Bruheze en op grond daarvan zijn achternaam kreeg.