Latijnse School

 

Een van de markantste gebouwen van Gemert is de Latijnse School uit 1891. Als je Gemert binnenkomt via de West-Om, kan het monument in neo-renaissance stijl aan de Ruijschenberghstraat je niet ontgaan. Het instituut is nog ruim 300 jaar ouder, want Hendrik van Ruijschenbergh, Landcommandeur van Alden Biezen, sticht de Latijnse School al in 1587. Hij wil een goede opleiding, die het mogelijk maakt dat ook jongens uit arme gezinnen die kunnen volgen. Daarom sticht Van Ruijschenbergh een fonds waaruit tot in lengte van jaren twaalf studiebeurzen kunnen worden betaald. Voor zes Gemertse leerlingen, drie uit Gruitrode (B) en drie uit Sint Pieters Voeren (B). Na de officiële stichtingsakte van 5 juli 1591 opent de geheel omgrachte school zijn deuren onder leiding van de eerste rector, Albertus Strijbos tevens pastoor van zijn geboorteplaats Gemert.

Het wapen van Hendrik van Ruijschenbergh, de stichter van de Latijnse School.

Succes
Op het lesrooster staan vakken als Latijn, etymologica, syntaxis, poësis en retorica. Doch godsdienstonderricht en vooral de kennis van de catechismus komen op de eerste plaats. De leerlingen komen overal vandaan en menigeen legt hier de basis voor een glanzende carrière. De Latijnse School van Gemert kan bogen op het voortbrengen van notarissen, president-schepenen, huisartsen en (aarts)bisschoppen. Oud-student en Gemertenaar Antonius Borret (1782-1858) brengt het tot Commissaris van de Koning in Noord-Brabant en Paul de la Court (1760-1848) wordt landdrost en tweede-kamerlid. Ook Mgr. Den Dubbelden (1769-1851) en Mgr. Hurkmans, bisschop van Den Bosch van 1998 tot 2015, hebben hier gestudeerd.
De Latijnse School fungeert vanaf de 19e eeuw eveneens als voorportaal voor een priesteropleiding. Als congregaties geen seminarie hebben, sturen ze hun studenten naar Gemert. Je kunt na de lagere school direct naar een seminarie of via de Latijnse School. In Gemert evolueert die in de jaren zestig van de 20ste eeuw tot een opleiding voor late priesterroepingen.
Einde
In 1887 viert de school het 300-jarig bestaan. Kort daarna begint men aan de sloop van het oude gebouw en wordt in 1891 op de dezelfde plek het huidige schoolgebouw in gebruik genomen. Pogingen om het rond 1955 uit te breiden lopen op niets uit. Daarom bouwt het curatorium in 1959 een geheel nieuwe Latijnse School aan Het Frans Brugske. Het schooljaar 1961-1962 telt nog 99 studenten, maar enkele jaren later al valt het doek. De kerk is in crisis. Gelovigen haken massaal af. Studenten melden zich nog nauwelijks aan. De laatste rector drs. F.G. Brouwer doet in 1969 na bijna 400 jaar de deur dicht en vertrekt naar Rome.