Hendrik van Ruijschenberg

Vorst van Gemert 1572-1603; stichter van de Latijnse School met twaalf studiebeurzen.

In 1566 is hij al aangewezen als de toekomstige landcommandeur van Biesen. In 1572 is het zover en kort daarna volgt in Gemert de inhuldiging als vorst. In de generale kapittels van de ridderorde laat hij zich direct kennen als de man die de door het Concilie van Trente (1544- 1564) gepropageerde contra-reformatie door de Duitse Orde in uitvoering wil zien gebracht. Het concilie, begonnen als hervormingsconcilie en voortgezet als antwoord op de reformatie, is één van de meest omstreden kerkvergaderingen uit de geschiedenis maar leidt uiteindelijk toch tot het streven naar vernieuwing binnen de roomskatholieke kerk. Ruijschenbergh zoekt daarvoor naar mogelijkheden in het onderwijs.

In 1574 sticht hij te Keulen een aan de universiteit verbonden College Laurentianum. Eerst alleen voor adel en gegoede burgerij maar na zes jaar ook begiftigd met beurzen voor minder gegoeden. In Maastricht bezorgt hij in 1580 huisvesting aan de Jezuïeten van Maastricht voor een nieuwe Latijnse School. En in 1587 sticht hij in het vrije Gemert een Latijnse School met maar liefst twaalf studiebeurzen, de helft voor Gemertse studenten. Een paar decennia later zijn Gemert en Maastricht de enige plaatsen binnen de grenzen van ons huidige koninkrijk, waar nog katholiek gymnasiaal onderwijs wordt gegeven. Hij krijgt de instemming van de Spaanse koning Filips II om de tienden-inkomsten van Deurne (ressorterend onder de Spaanse Nederlanden) te bestemmen voor studiebeurzen. Ten behoeve van de school krijgt hij ook bescherming voor ‘buitenlands’ bezoek aan de Gemertse weekmarkt.

De onderwijspolitiek van Ruijschenbergh is uitgekiend: voorop staat de vorming van “goede katholieke voormannen”. De beurzen in Gemert, Keulen en Maastricht leiden tot een netwerk van de Duitse Orde welgezinde afgestudeerden in adellijke, politieke, bestuurlijke en juridische kringen. En wat Gemert betreft: de school boekt binnen en buiten de Orde succes, voor Gemert zelf en voor de wijde omgeving. De beurzen worden een begrip. Ze maken van Gemert een leverancier van priesters, ambtenaren en ordecliënteel. Uiteindelijk zal de Latijnse School tot in ‘onze’ tijd de oude vrije commanderije zo’n twee eeuwen overleven.

Meer informatie:

PDF Gemerts Heem

Wikipedia