Nicolaas van der Dussen
Bouwheer parochiekerk Gemert 1438-1455. Landcommandeur van zowel Biesen als Utrecht, vorst van Gemert 1460-1467.
Tot en met 1437 is Nicolaas van der Dussen commandeur van Nieuwe Biesen te Maastricht. Hij bouwt daar een parochiekerk waarvan het priesterkoor dient als kapel van de lokale commanderij. Een taak die hem ook wacht in Gemert. Na de pauselijke instemming tot de stichting van een zelfstandige parochie Gemert onder patronaat van de Duitse Orde wordt Van der Dussen hier commandeur. Ook de patronaatsrechten van Bakel en Deurne vallen toe aan de commanderij. Bij de landcommandeur laat de nieuwe commandeur zich al gauw kennen als een warm pleitbezorger van de Gemertse zaak. Door hem krijgt de commanderij Gemert de inhoud en status van een religieus en cultureel centrum van de regio zoals Cortenbach zich dat naar het voorbeeld van de kapittels van Eindhoven, Oirschot en Sint-Oedenrode voor ogen had gesteld. Van der Dussen kampt echter met een tekort aan financiële middelen om dat doel te verwezenlijken en hij achterhaalt daarvan ook de reden. Oorkonden en getuigenissen maken hem duidelijk dat zijn commanderij en de inwoners van Gemert moeten betalen voor fouten die in de landcommanderij zijn gemaakt. Saillant voorbeeld is dat de landcommandeur in Brussel de Gemertse Peel kocht terwijl die van oudsher al van Gemert was. Dat zijn onderdanen voor die blunder moeten dokken, gaat de commandeur te ver. In het belang van Gemert en de Gemertenaren houdt hij daarom de aan de landcommanderij over te maken renten en voorschotten achter. Het komt hem te staan op een schorsing als commandeur. Maar niet voor lang. Het komt tot een compromis en een heel bijzondere genoegdoening. Van der Dussen wordt door het groot-kapittel van de Orde gevraagd als bemiddelaar in een hoogopgelopen conflict met de landcommandeur van Utrecht. Dat hij die missie tot een goed einde brengt moge duidelijk zijn met zijn verkiezing in respectievelijk 1460 en 1461 tot zowel landcommandeur van Biesen als die van Utrecht. Kort tevoren maakt hij in 1459 als stadhouder van de Biesense landcommandeur Mathijs van Straten Handel tot een zelfstandig rectoraat. In 1462 brengt hij vervolgens het patronaatsrecht over Geldrop onder beheer van de commanderij Gemert. In 1467 overlijdt deze vorst die Gemert en de Duitse Orde “vele goeds dede”. In de Utrechtse Orderesidentie hangt tot op de dag van vandaag zijn portret.
Meer informatie: